Liegen op reis

“Ons salaris? Rond de 1000 euro.”
“ De batikmarkt? Die hebben we gisteren al bezocht”.
“ De waarde van de fietsen? Rond de 500 euro per stuk”.
“Turkije? Het mooiste land ter wereld!”
”Iran? Het mooiste land ter wereld”.
”Bali?….” “Java?…”, “Madura?…”

Eigenlijk zijn we er geen voorstanders van leugens om bestwil. Het is namelijk meestal gewoon de bestwil van degene die het leugentje opdist, die er wel bij vaart.
Leugens die overduidelijk énkel het eigen belang dienen, vinden we vanzelfsprekend nog verfoeilijker.
Maar wat worden we er goed in.

Neem nu vandaag in Purworejo. Er is ons verteld dat er maar één hotel is in het stadje, we zijn op van vier uur, een bergje over geklommen, de zon staat hoog en we dromen van water om het stof af te spoelen. Het hotel is wat duur voor wat het is maar uit het ‘kamermenu’ kiezen we, nadat we de helft van de kamers op de hardheid van de matras hebben getest, de ‘VIP A’.
Paspoorten overhandigen we met de glimlach. Ze worden grondig bestudeerd, pagina per pagina, door drie leden van het hotelpersoneel. Vooral het visum van Cambodja wordt aandachtig doorgelezen. Gewoon én ondersteboven. ‘Waar is het bewijs dat jullie wettelijke echtgenoten zijn?’ De gesluierde receptioniste tikt op het Indonesisch reglement op de toonbank. ‘Suami en istri’ staat er. Man en vrouw. Wie in zonde wil leven, moet dat in aparte kamers doen.
Dan tingelen de alarmbelletjes in ons hoofd en woordeloos zetten we de leugen in gang. ‘Oh, de identiteitsgegevens staan op de eerste pagina’ en we wijzen naar de foto. Gespeeld onbegrip is het voorspel. Na een tijdje wordt aan de andere kant van de toonbank met handen en voeten uitgelegd wat bedoeld wordt en enkel Eddy Wally zou nog geloofwaardig kunnen volhouden het niet te begrijpen. ‘Ja, we zijn getrouwd al zeven jaar, tujuh’, zeggen we in krakkemikkig Indonesisch, om de aandacht af te leiden van het feit dat we de duur geven en niet het bewijs, waarnaar gevraagd werd. Tenslotte volgt de apotheose. We stoten elkaar aan en roepen uit dat ‘ze wilt zeker weten of we getrouwd zijn’!
Tegelijkertijd spreiden we onze handen met de valse Turkse trouwringen op de toonbank uit. “Natuurlijk! kijk maar”.